Een wereld in crisis. Een sprong in de diepte! – Alina Salomon

Een wereld in crisis. Een sprong in de diepte! – Alina Salomon

Het Aardewerk-weekend van 26-28 oktober 2012 begint als een soort speurtocht. Eventjes voordat ik het terrein bereik, zie ik twee personen, die verdacht veel de indruk van cursisten wekken. Het ‘verdacht’ blijkt te kloppen en met zijn drieën gaan we op zoek naar het paviljoen waar we dit weekend zullen doorbrengen. Het is even zoeken, maar na een korte wandeling door het bos zien we licht. Hier moet het zijn.

Stoelen en bankjes worden klaargezet, een kring met tafels om te eten, een andere om naar de sprekers te luisteren. In de tweede helft van het paviljoen is de slaapzaal, met een heleboel stapelbedden. En ja, ik ben vroeg genoeg voor een bed naar keuze, beneden.

Ik zie een paar bekende gezichten. Leuk om elkaar na heel wat maanden weer te ontmoeten. Voor sommigen van ons begint het tweede jaar van de opleiding, terwijl ook een aantal deelnemers met het eerste jaar van start gaan. Na een inleiding van Jeanneke van de Ven maken we kennis met elkaar en vind ik het uitermate boeiend om te horen wat mijn medecursisten hier naar toe brengt.

Dit jaar begint de opleiding voor het eerst met een weekend. Jeanneke van de Ven legt uit dat het de bedoeling is om ons gelijk maar in het bad te gooien wat betreft de huidige toestand van de aarde. Tijdens het weekend maken we kennis met zowel de ecologische, de sociale als de financiële kant van de huidige crisis. Of moet ik beter zeggen drie verschillende crises? Hierover, de goede benaming, ben ik nog niet uit. Maar dat is iets voor later. Nu, op de inmiddels late vrijdagavond nemen we ruim de tijd om met elkaar kennis te maken.

We vertellen aan elkaar waar we zoal mee bezig zijn, en wat ons naar de Aardewerk-opleiding heeft gebracht. Ik sta verbaasd over het feit dat sommige cursisten zelf al voor de derde keer deelnemen. Geert bijvoorbeeld wilde gewoon nog eens meedoen, en Karen besloot na afloop van haar tweede jaar dat ze gewoon wilde terugkomen. Iedereen kiest tevens ook een dier waar zij/hij zich mee kan identificeren. Naast drie katten en twee schapen zitten ook een hommel en een aalscholver naast mij, de regenworm. Aan imaginaire biodiversiteit komen we in ieder geval niet te kort.

Zaterdagochtend word ik wakker door het geluid van kopjes en borden. Een aantal vlijtige vroege vogels heeft het ontbijt al klaargezet. Ik verheug me op de dag en de twee sprekers die op het programma staan. In de ochtend komt Jos Gysels spreken over de ecologische crisis en in de namiddag staat de sociale crisis op het programma. Rudy Demeyer komt hierover een betoog houden.

Ecologie, de moeder van alle crisissen?

 Jos Geysels is opgeleid als filosoof en inmiddels heel wat jaren bezig bij Natuurpunt. Hij heeft zich door de jaren heen veel met het Vlaamse milieubeleid bezig gehouden. Tijdens de lezing staat de vraag centraal hoe we naar de ecologische crisis moeten kijken. Is ze de moeder, dus oorzaak van de verschillende globale crises, of eerder een gevolg? Hoe verhouden zich de sociale, financiële en ecologische crises tot elkaar en valt de een tot de ander te herleiden? Jos Geysels gaat ook samen met ons op zoek naar de vraag wat de ecologische crisis nou zo bijzonder maakt. Al vrij snel wordt duidelijk dat de ecologische crisis verder gaat dan het domain van de mens. Ze raakt ons, maar tevens ook andere wezens op aarde, die verder geen last van een instortende vastgoedmarkt of stijgende werkloosheid hebben.

Om de drie crisissen beter met elkaar in verband te brengen spreekt Jos Geysels uitgebreid over duurzame ontwikkeling. Het concept van duurzame ontwikkeling gaat uit van een evenwicht tussen de zogenaamde drie P’s: people, planet, profit. Dit evenwicht echter blijkt meer conceptueel te zijn dan realiteit. Jos Geysels gebruikt de metafoor van een stoel met drie poten, iedere poot staande voor een van de drie dimensies van duurzaamheid. Zodra een poot korter is, valt de stoel in zijn geheel om. En de planet-poot is zeker minder prominent dan de poten people en profit. De stoel begint te wankelen. Mij schiet bij de metafoor van de stoel meteen ook het beeld naar binnen van iemand die op de stoel zit, een denkbeeldige mensheid, die nogal met veel impact op de aarde bezig is. Geen wonder dat de stoel met een toch al te korte ecologische poot dan helemaal uit balans raakt. Blijft de vraag welke van de twee langere poten belangrijker is. Soms krijg ik de indruk dat profit, people, planet een realistischere weergave van de huidige mainstream-duurzaamheidsdiscussie is.

Jos Geysels gebruikt het voorbeeld van de sluiting van Ford Genk. Een actuele gebeurtenis die trouwens ook de andere sprekers telkens weer aangrijpen. Ford Genk gaat dicht en dit lijkt inderdaad een drama als we meegaan in het mainstream-mediadiscours. Mensen verliezen hun werk, op persoonlijk vlak raken ze verzeild in een financiële- en, daaraan vaak gekoppeld, sociale crisis. Maar ver te zoeken in het Genks drama is de ecologische crisis. Is een sluiting van een autofabriek niet juist goed voor het milieu? Minder auto’s, minder uitstoot, minder fijn stof. Milieu en klimaat hebben er geen last van, denk ik. Maar dit komt niet aan bod in de mediaberichtgeving. Hier domineren de P’s van people en profit.

Jos Geysels legt in zijn lezing de klemtoon niet zozeer op de feiten van de ecologische crisis, maar schetst een beeld van het denken over de ecologische crisis. Er is geen crisis, zonder dat de mens deze als zodanig waarneemt en communiceert. En dit gebeurde nogal op uiteenlopende manieren door de geschiedenis heen.

De eerste keer dat er sprake was van een ecologische crisis was tijdens de Belle Epoque. Fabrieken kwamen op en men keek terug naar de goede oude tijd. In deze tijd herkennen we voor het eerst het besef dat er iets mis gaat in de natuur en dat de mens hieraan medeplichtig is. De wereld leek door de opkomende industrialisering in verval en er ontstond een soort heimat-verzet, voornamelijk door kunstenaars en de elite.

Tussen de twee wereldoorlogen in sprak men ook over ecologische crisis, maar dan weer met een heel ander perspectief. Het besef van de ecologische crisis werd geuit in bredere kringen en werd daardoor minder elitair. Hierdoor wordt dit crisisbesef als emancipatorisch omschreven. In deze tijd ontstonden verenigingen die open stonden voor het brede publiek en ook voor het eerst vormen van natuurbelevingtoerisme.

In de jaren 60 is weer een andere manier van kijken naar de crisis ontstaan. Dit besef was meer maatschappijkritisch. Voor het eerst keek men niet alleen naar de ecologische crisis, maar ook naar het systeem er rond heen. De hele maatschappelijke context werd in verband gebracht met de crisis. De meest recente vorm van crisisbesef omschrijft Jos Geysels tot slot als antiglobalistisch.

Over de sociale crisis

 Rudy Demeyer behandelde op zaterdagmiddag de sociale crisis. Op het eerste gezicht lijkt het duidelijk waar het over gaat, maar al snel blijkt dat sociaal alles en niets kan betekenen. De crisis op sociaal vlak is altijd relatief en subjectief en daardoor is er misschien ook minder goed grip op te krijgen. Op het vlak van de sociale crisis omschrijft Rudy Demeyer problemen van eerste orde zoals honger en ziektes. Een abstracter probleem is de sociale zekerheid.

De spreker is werkzaam bij 11-11-11, een koepelorganisatie van de Vlaamse Noord-Zuid- beweging. Vanuit deze werkervaring bericht Rudy Demeyer over opzet en objectieven van de millenniumdoelstellingen. Deze zijn gebaseerd op een rechtenbenadering en vormden sinds 10 jaar het kader voor de internationale ontwikkelingssamenwerking. Organisaties zoals 11-11-11 zijn erg zoekende naar een vervolg, want de doelstellingen zijn tot aan het jaar 2015 officieel geldig. Volgens de spreker maar ook door de inbreng van de deelnemers wordt het duidelijk dat een vervolg van de millenniumdoelstellingen zeker ook aspecten als ongelijkheid en duurzaamheid moet meenemen.

Twee crisisverhalen zijn genoeg voor een dag en na afloop van de namiddaglezing gaan we buiten wandelen en brengen we de avond door aan de open haard die midden in de ruimte staat. Ook daar stoppen de gesprekken niet, maar komen we door alle input en inspiratie van de zaterdag juist op gang.

Inleiding in de financieel-economische crisis

Op zondagochtend kwam Pieter Lievens over de financiële crisis spreken. Hij verving het geplande betoog van Peter Mertens. De crisis op financieel gebied omschrijft de spreker aan de hand van vier thema’s: Jobverlies, staatsschuld, hyperinflatie en schuld van huishoudens. Op al deze vlakken herkennen we de financiële crisis, maar wat volgens de spreker de essentie van de crisis is, heeft te maken met wat hij noemt de wet van hogere entropie. Dit houdt in dat stoffen waarop onze economie en groei gebaseerd zijn steeds breder verspreid raken op de aarde, en het daardoor veel lastiger wordt deze te gebruiken. Iets wat me heel erg bij is gebleven is de omschrijving van een plas (vermogen) en een stroom (groei). Deze zijn niet los van elkaar te koppelen, en de focus op groei brengt op lange termijn altijd een verlies in vermogen met zich mee. Economische groei kan niet zonder ecologische kosten, in dit geval bijvoorbeeld het verlies aan biodiversiteit of achteruitgang van natuurlijke hulpbronnen.

Reacties op de crisis

 Het weekend werd afgesloten met een presentatie door Jeanneke van de Ven. Na een korte toelichting bij de diepe ecologie (sommigen hadden de avond voordien al een kijkje hierin gekregen met de film over Arne Naess) gingen we met elkaar in gesprek. Deze ruimte voor uitwisseling was voor mij heel erg nuttig en prettig om het gehoorde een plek te geven. In een oefening van dankbaarheid gingen we de vraag na waarvoor of voor wie we dankbaar zijn. Dankbaarheid kun je dan ook zien als een belangrijke stap in de grote ommekeer. Het betekent tevreden zijn met wat er is, en even uit de logica van groei stappen.

Ik hoop dat ik naast mezelf ook voor de andere cursisten kan spreken als ik zeg dat dit weekend zeker een sprong in de diepte was. Zo intens en bewust met de huidige crises bezig zijn is niet vanzelfsprekend. Tijdens het weekend namen ons de sprekers mee in de huidige toestand van de wereld en probeerden we samenhangen tussen de verschillende crises te ontdekken. Ik kijk uit naar de komende cursusdagen maar ook naar het contact met de andere cursisten en nog veel boeiende discussies.

Alina Salomon

 Alina Salomon studeerde anthropologie en ontwikkelingsstudies aan de Radboud Universiteit Nijmegen en vervolgens klimaatwetenschappen aan Wageningen Universiteit. Momenteel volgt zij ook de tweejarige opleiding ‘Ecologische Filosofie en Politiek’ van Aardewerk. Vanuit deze inspiratie tracht ze een vergelijkbaar vormingsproject in Nederland op te zetten.