Redactioneel voorwoord – Paul Haerden

Beste lezer(es),

Beste Aardewerk(st)er,

 

Hoe ingrijpend de neoliberale marktlogica en het ermede gepaard gaande nuttigheids- en concurrentiedenken van de doordrammende groei-economie onze dagelijkse handel en wandel beheerst, vernemen we uit een stijgend aantal analyses uit het voorbije decennium. Minder opvallend misschien, maar even present, is de marktwerking in levenssferen waarin we haar niet onmiddellijk zouden veronderstellen, zoals in de zorg- en onderwijssector. Ongewild eigenlijk, want een debat is er niet aan vooraf gegaan. Zij is haast op een slinkse wijze, als een virus, in deze domeinen binnengedrongen.

 

Ziekenhuizen die vroeger hoofdzakelijk vanuit een religieus kader geleid werden, zijn nu geseculariseerd en getransformeerd in ondernemingen die op de eerste plaats moeten draaien als een profitcenter met een raad van bestuur waarin vaak afgevaardigden uit het financiewezen zetelen. Indien men de publiciteit van ziekenfondsen erop naslaat, stelt men vast dat zij afzonderlijke NV’s opzetten als reisorganisator en wordt men meteen getroffen door het overweldigende aanbod van citytrips en vakanties naar mondaine plekken. Wat heeft dit nog met gezondheid te maken en vooral, hoe is de commerciële wending verenigbaar met de opzet van een onderlinge vereniging die een ziekenfonds toch is?

 

In het onderwijs – op zich al zo gedegradeerd door gammele hervormingen sedert de voorbije vier decennia – valt het accent op het afleveren van mensen die zo vlug mogelijk moeten bijdragen aan de economische groei. Universiteiten doen er alles voor om ieder jaar meer studenten te werven, hun onderzoekscentra gaan allianties aan met bedrijven voor hun financiering en worden geleid binnen de logica van een CEO. Zoals George Steiner terecht stelde, evolueren universiteiten naar “kunstmatig opgevijzelde beroeps- en handelsscholen[1] en vertegenwoordigen nog weinig van het begrip universitas waaraan zij hun naam ontlenen. Studenten worden vanaf het begin meegetrokken in een marktlogica wanneer men bijvoorbeeld onthutst vaststelt dat een studentenadministratie de instelling voorstelt als een supermarkt waar zij vakken kunnen kopen en deponeren in een shopping chart of winkelmandje en bij welslagen een credit verwerven. Het woordgebruik is niet onschuldig, eerder veel betekenend voor het schrale landschap.

 

Dit zijn enkele willekeurig genomen voorbeelden van een verontrustende ontwikkeling. In de eerste bijdrage in deze Aarde-Werk-Brief gaat Herman De Dijn dieper in op de aard van de postmoderne transformatie in de sectoren van zorg en onderwijs en de contradicties waartoe zij geleid heeft.

 

Oorzaken van klimaatverandering, verlies van biodiversiteit, vervuiling, uitputting van natuurlijke rijkdom, etc. worden op een dieper niveau in verband gebracht met een, hoofdzakelijk door het Westen verspreide, respectloze en dominante omgang met de leefomgeving. Dezelfde attitude vinden we terug in onrechtvaardige en verknechtende sociaaleconomische en politieke verhoudingen wereldwijd. Ook in de positie van de vrouw komt deze ontwikkeling terug. Niet ten onrechte wordt in anthropolgische analyses betoogd dat in de verhouding tot de vrouw, de natuur en de dieren vaak een opvallend parallellisme te vinden is in de mate dat onderdrukking en uitbuiting een uiting van dominante masculiniteit zijn waarvan de kiemen terug te voeren zijn tot de transformatie die zich in het leefpatroon sedert het Neolithicum geleidelijk ingezet heeft. Het ecofeminisme is een huis met vele vertrekken en invalshoeken. Anneleen Kenis belicht in haar bijdrage hoe het feministisch discours een wezenlijke dimensie toevoegt aan het ware gelaat van de ecologische crisisverschijnselen die ook steeds een beschavingscrisis in zich dragen.

 

We houden vervolgens even halte bij een korte richtingwijzer die Ralph Waldo Emerson geeft naar een cultuur van solidariteit. Alleen vanuit een houding van ontvankelijkheid voor een universele verbondenheid kan een menselijke samenleving opbloeien.

 

Vervolgens lezen we een verslag dat Christoph Gurk ons bezorgt naar aanleiding van zijn reis doorheen Noord-Argentinië waar, net zoals in veel andere Latijns-Amerikaanse landen, de natuur en de lokale bevolking de gevolgen ondergaan van de vlug expanderende bovengrondse mijnbouw. We horen hierin een aanklacht tegen de wijze waarop een netwerk van roversbaronnen over de hele wereld op jacht is naar grondstoffen die gegeerd zijn om de niets en niemand ontzienende groei-economie in stand te houden. Tot welke sociaal onrechtvaardige en voor de niet-menselijke natuur vervuilende gevolgen dit aanleiding is, wordt treffend geïllustreerd in het verslag over de kennismaking met de bevolking van Famatina en andere dorpen uit de regio.

 

Aansluitend bij het onderwerp van dit artikel belicht Lieve De Kinder een andere variant van Landgrabbing of landroof ten nadele van lokale of inheemse bevolkingsgroepen waarbij hun natuurlijke habitat grondig verstoord of zelfs ontnomen wordt voor andere doeleinden die voorgeschoteld worden als zijnde van een hogere orde, met name de creatie van natuurparken met de mogelijkheid voor gefortuneerde en van de natuur toch al zo vervreemde westerlingen ‘echte natuurervaringen’ op te doen. De problematiek wordt door Lieve De Kinder geschetst aan de hand van het boek Schwarzbuch WWF. Dunkle Geschäfte im Zeichen des Panda van Wilfried Huismann, een publicatie die erg veel commotie veroorzaakt heeft want WWF als natuurorganisatie komt hierin naar voren als dubieuze partner van het gecommercialiseerde toeristencircuit dat wereldwijd handel in ‘echte natuurervaringen’ promoot. Verder wordt Van WWF gezegd een weinig transparante financieringsstructuur te hebben en niet schuw te zijn van gekonkel met bedrijven als Monsanto en Cargill, beide actief in de gentechnische voedingsindustrie. Het boek heeft aanleiding gegeven tot een procedure voor het Landgericht te Keulen tussen WWF enerzijds en de auteur en de uitgever anderzijds. De rechtbank heeft de verdere publicatie van het boek nochtans niet willen verbieden. Het geschil werd in de loop van 2012 buitengerechtelijk beslecht, grotendeels in het voordeel van de auteur, mits een aantal detailwijzigingen bij een nieuwe oplage.

 

De wijze waarop we doorgaans met geld omgaan, werkt corrumperend en voedt ook de als onwankelbaar verklaarde economische aannames van schaarste en concurrentie en het hectische streven naar gewin als doel op zich, los van een reële economische bedrijvigheid die ten dienste staat van onze primaire behoeften. Een aanzet voor een andere omgang met geld leest u in een vraaggesprek dat Stephen Desmet met Bernard Lietaer mocht voeren.

 

Dat mensen op een exemplarische wijze gestalte kunnen geven aan een humaner samenleven, voorbij de bedrieglijke ik-jij dichotomie die het kapitalistisch systeem voedt, inspireerde Viviane Van Dyck tot het artikel ‘Superman’ dat u vervolgens leest. Een ode aan de bevrijdende werking bij ervaringen voor wie met openheid van geest en aandacht aanwezig wil zijn.

 

Als slot van deze uitgave leest u de uitnodiging van Gerbert Bakx om het individuele levensboek zo te schrijven dat het in het netwerk van het leven mag blijven resoneren.

 

Nog twee praktische punten wil ik u niet graag onthouden.

 

Vooreerst, om het draagvlak van de Aarde-Werk-Brief een bredere basis te geven, heeft de Draaischijf van Aardewerk ervoor geopteerd de redactie vanaf de volgende editie uit te breiden. Leen Verheyen en Martise de Waart hebben geaccepteerd de redactionele functies mede waar te nemen. Beiden zijn erg gedreven in het domein van de radicale ecologie. We kijken uit naar een vruchtbare samenwerking die het tijdschrift een nieuwe dynamiek zal geven.

 

Aardewerk is verder nog op zoek naar een enthousiaste IT-vrijwillig(st)er die de vereniging in haar administratie kan ondersteunen. Een omschrijving van de functie vindt u op het einde van deze Aarde-Werk-Brief. Mocht u zich hiertoe aangesproken voelen of iemand in uw vriendenkring kennen die voor de omschreven taken interesse heeft, verwachten we graag een schriftelijke of telefonische reactie. De functie kan gekoppeld worden aan een actieve deelname aan de Draaischijf die maandelijks vergadert over de werking van de vereniging, doch deze uitbreiding is geen noodzakelijke vereiste.

 

Veel lees- en reflecteergenoegen in deze moeizaam ontluikende lente!

 

Mede namens de Aardewerkploeg,

 

Paul Haerden

Redacteur

 

 

April 2013



[1] George Steiner, Universitas?, vertaald door Hein Groen en Gijs Went, Tilburg: Nexus Instituut, 2013, p. 12.