Verknipte wereld, verknipte voeding

Verknipte wereld, verknipte voeding

Jan Glorieux

Boeken van Luc Vankrunkelsven gaan onveranderlijk over voeding. Normaal natuurlijk als je voor de Werkgroep voor een Rechtvaardige en Verantwoorde Landbouw (Wervel) werkt. In het bijzonder staan relaties tussen voeding en de productie ervan centraal of dus de landbouw, en varianten zoals agroforestry, voedselbosteelt, de relaties tussen landbouw en milieu, tussen Noord en Zuid (en Oost en West), enz. Altijd blijft de inhoud een eeuwige variatie op die grote thema’s als de interdependentie, met telkens andere invalshoeken, of verrassingen. Het gaat even goed over de impact van katten op de biodiversiteit, over de rol van de vrouw als over de band tussen ‘verknipte voeding’ en obesitas, en nieuwe landbouwscholen.

Hetzelfde maar anders

Zoals in vorige boeken kiest hij daarbij voor ‘flitsen’, korte reflecties over ervaringen en waarnemingen in Brazilië, de Latijns-Amerikaanse groeitijger bij uitstek en een leidend landbouwland in Latijns-Amerika. Voeding verknipt1 behoudt dat format dus grotendeels, maar maakt dit keer ruimte voor de visie van twee landbouwspecialisten uit Brazilië en voor bijdragen van Leen Laenens, voorzitter van VELT en Vera Dua, voorzitter van Bond Beter Leefmilieu. De Brazilianen duiden dezelfde problematiek meer politiek-ideologisch, maar wel nogal theoretisch. De Vlamingen bevestigen de waarde van Luc Vankrunkelsvens engagement, wijzen op de sporen van hoop die ze ontwaren en ondersteunen vanuit hun eigen visie zijn streven. Dit keer is het boek opnieuw geïllustreerd met telkens een artistieke creatieve pagina als inleiding bij elke flits, werk van Braziliaanse kunststudenten.

De lezer vindt er opnieuw verslagen en analyses van dagdagelijkse ervaringen. In totaal krijgt de lezer een 32-ledige mozaïek van cronicas, ofte flitsen, met telkens andere aspecten: een breed spectrum dus, met misschien soms wat te Braziliaanse titels. Ten dele verwijst hij naar al vroeger behandelde thema’s, maar nooit zonder een nieuw accent. Hij volgt duidelijk recentere ontwikkelingen op de voet, omdat die vaak verontrustend zijn, zonder daarbij positieve getuigenissen uit het oog te verliezen, die als tekenen van hoop kunnen gelden. Wel loopt het aantal kruisverwijzingen naar vorige boeken nogal op…

Een hoopvolle door-kijk

Nooit blijft hij op afstand, boven de realiteit verheven. Telkens valt op dat hij in nauw contact met de ‘basis’ blijft, met de doorleefde realiteit dus. Uiteraard vooral van mensen in bedreigde zones, zoals de Cerrado-savanne, al komt hij ook in steden en stelt hij daar ontwikkelingen vast die vaak zorgwekkend zijn. Vanuit zijn achtergrond als belezen en bereisd kritisch-geïnformeerd waarnemer schetst hij zo een kijk op de evoluerende Braziliaanse werkelijkheid voor lezers hier en in Brazilië – of nog beter: een door-kijk, maar ook met hoopgevende perspectieven.

Een focus is altijd weer de toekomst: hoe moet of kan het verder, met meer eerbied voor mens en milieu? Daarbij gaat het boek en alle commentatoren uit van de noodzaak van een paradigmashift: van een kapitaals- en energie-intensieve landbouw grotendeels in handen van transnationals en/of landen, naar een meer lokale, familiale Agricultura familiar. Die uitdaging wordt verder geconcretiseerd in een zwart-wittegenstelling: gericht op winst of gericht op eerlijk inkomen, monocultuur of bijvoorbeeld agrofloresta, kleinschalig of massaal en massief, in handen van boeren of van grote bedrijven. Zwart-

witvisies doen natuurlijk niet altijd recht aan de realiteit, maar het lijkt verdedigbaar om de uitdagingen scherp te stellen. Iedere waarnemer weet dat de mens en vaak de grote bedrijven een zware greep hebben op wat in de wereld gebeurt, ook al is het soms onbewust.

Maar inspirerende initiatieven komen ook aan bod, zoals ingebedde landbouw, de teelt van inlandse bijen, alternatieve vormen van voeding, enz. … Uiteraard zijn die bijna altijd te vinden in de kleinschaligheid, in teelten die respect voor de natuur inbouwen, en/of die verder bouwen op een bekende, traditionele cultuur, die op een nieuwe manier op de aanhoudende droogte inspelen, enz. Vaak zijn het kleine initiatieven, maar zij lijken in al hun bescheidenheid zin te hebben.

De producent, maar ook de consument

Daardoor komt de rol van de consument in dit boek meer aan de oppervlakte, vooral in de inleiding maar ook tussendoor in het werk: Vankrunkelsven noemt het in analogie met Hannah Arendt de ‘banaliteit van het kwaad’: het feit dat ook de gewone consumenten zonder het te weten of te willen, medeplichtig zijn of zich schuldig maken aan wat in de wereld aan rampen gebeurt, al was het maar door hun verslaafdheid aan het in Wervelkringen bekende duo ‘Koning Auto en Keizer Hesp’, naast de nieuwe pool, Prinses Vliegtuig. Niet toevallig koos Thomas Merton, trappist en vredesactivist, die Vankrunkelsven als inspiratiebron vermeldt, als titel van een boek: Vermoedens/ gissingen van een schuldig toeschouwer [Conjectures of a Guilty ByStander]. Merton legt zelf vaak de vervreemding van de westerse mens bloot, zoals ook nu: een en ander neemt dramatische vormen aan, maar het dringt als het ware niet tot ons door.

Kritisch, maar onderbouwd en soms even wat taai

Eén kritiek bij dat alles: in al zijn rijkdom is het boek zeker inspirerend, maar soms wel even taai. De stap naar structuren volgt soms behoorlijk snel en de lezer mist af en toe een paar realia, wat het soms moeilijk maakt om een thema goed te kaderen, of dient iets te veel Braziliaanse woorden te verwerken. Een hoofdstuk krijgt trouwens bijna altijd een resem voetnoten, vaak verwijzingen naar websites, met soms lange url’s die lezers zelden zullen opzoeken. Het zou heel zeker nuttig zijn een deel van die voetnootinfo te verwerken tot een informatieve en gestructureerde bijlage. Het zou de naslagwaarde van het boek kunnen verhogen.

Balans dus: een boek dat in zijn diversiteit een kritisch beeld schetst van de wederzijdse beïnvloeding van milieu, economie en landbouw wereldwijd – met nu zelfs een Chinees luik over de gevolgen van veranderende voedingsgewoonten – en deels ook de samenleving en politiek in Brazilië. Aandacht gaat naar schadelijke praktijken die hij onderkent, naast nieuwe initiatieven die vorm krijgen, die telkens in een bredere context worden gesitueerd. De illustrerende pagina’s zijn een relatief geslaagde toevoeging, maar het blijft een boek dat je niet echt simpel kunt noemen.

Jan Glorieux

Jan Glorieux studeerde Germaanse Filologie en geeft les Nederlands aan Europese ambtenaren. In het algemeen heeft hij belangstelling voor taal in zijn vormen. Hij was actief in Amnesty en Pax Christi, en is nu lokaal begaan met de Noord-Zuidthematiek. Hij vertaalde Duitstalige boeken over spiritualiteit en is lid van de stuurgroep van de Thomas Mertonvrienden in Vlaanderen en Nederland.