Redactioneel voorwoord (winter 2015)

Redactioneel voorwoord (winter 2015)

Beste lezer(es),

Beste Aardewerk(st)er,

Ondanks de verontrustende beeldenstorm van begin januari, willen wij u onze beste wensen overmaken voor een samenleving met minder geweld in 2015, niet alleen het militaire en terroristische geweld, maar ook het subtielere, maar even nefaste, geweld onder alle andere vormen, zoals het financiële, het economische en het maatschappelijk structurele geweld, zodat meer levensbevestigende stappen een ruimere plaats toebedeeld kunnen krijgen.

Aardewerk heeft de voorbije maanden intensief gewerkt aan het nieuwe project van de zomerweek 2015. Het enthousiasme en de herhaalde vraag van verschillende vroegere deelnemers, heeft Aardewerk gestimuleerd om de traditie van de zomerweken terug tot leven te brengen. Voor de maand juli 2015 heeft een uitgebreid zomerweekteam ervoor gezorgd dat een inhoudelijk nieuwe week georganiseerd kan worden onder de titel ‘Met Kunst naar het Hart van de Natuur’ met Jan van Boeckel als gastspreker. Meer hierover leest u in de aankondiging die u als eerste bijdrage in deze Aarde-Werk-Brief aantreft.

Uit de laatste verslagen van het Internationale Panel for Climate Change kwam wederom naar voren dat de menselijke bedrijvigheid op deze planeet niet vreemd is aan de reeds vastgestelde en de in de toekomst nog verwachte klimaatveranderingen en hun verstorende effecten op alle ecosystemen, waaronder ook deze eigen aan de menselijke soort. In haar laatste boek brengt de Canadese activiste Naomi Klein de noodzaak van een paradigmatische omslag op het gebied van energie en economisch handelen onder de aandacht als een voorwaarde voor de mildering van de effecten van deze veranderingen. Mathias Bienstman licht de stellingen van Naomi Klein toe in de bijdrage die u vervolgens zal lezen.

Energiewinning is ook aan de orde in het artikel van Lieve De Kinder. Uit gebieden bewoond door inheemse volkeren in Noord- en Zuid-Amerika rapporteert zij schrijnende gevallen van verstoring van landschap en milieu en ontwrichting van de sociale en culturele identiteit van deze volkeren als gevolg van ontginning van uraniumerts, oliewinning uit teerzanden, verbouwing van soja en suikerriet voor brandstof voor auto’s en de bouw van megawaterkrachtcentrales. De beschamende werkwijze van Westerse en in groeilanden opererende multinationals, vaak met de steun van lokale politici, doet een proletariaat van inheemsen ontstaan wiens kansen op overleving niet de minste zorg voor deze ondernemingen en beleidsmakers vormt. In de logica van het neoliberale kapitalisme moet deze categorie van mensen op termijn verdwijnen, een proces dat zich de facto voltrekt door het gemis van de achting verschuldigd aan iedere mens, o.a. door de ondermijning van zijn habitat, waarden en tradities. De toestand is vergelijkbaar met de veranderende leefwereld tijdens de industrialisering in de 19de eeuw in Europa waarover Karl Marx en Friedrich Engels in het Communistisch Manifest schreven als volgt: “De bourgeoisie heeft, waar zij tot de heerschappij is gekomen, alle feodale, aartsvaderlijke, idyllische verhoudingen vernield. Zij heeft […] geen andere band tussen mens en mens overgelaten dan het naakte eigenbelang, dan de gevoelloze ‘contante betaling’. Zij heeft de heilige siddering van de vrome dweperij, van de ridderlijke geestdrift, van de kleinburgerlijke weemoed in het ijskoude water van egoïstische berekening verdronken. Zij heeft de persoonlijke waardigheid in de ruilwaarde opgelost en in de plaats van de talloze verleende en verworven vrijheden als enige vrijheid de gewetenloze handelsvrijheid gesteld.”

In de editie van 8 januari 2015 van het wetenschappelijke tijdschrift Nature verscheen een uitgebreid artikel waarin Christophe McGlade en Paul Ekins, twee onderzoekers verbonden aan het University College London, stellen dat om minstens een 50% kans te maken om de opwarming van de aarde beneden de kritieke drempel van 2 °C te houden in deze eeuw, een derde van de oliereserves, de helft van de gasreserves en meer dan 80% van de reserves aan steenkool ongebruikt zouden moeten blijven tot 2050 en dat iedere exploitatie in het Noordpoolgebied stopgezet zou moeten worden. De dagelijkse praktijk wijst erop dat we nog ver verwijderd zijn van de implementatie van deze aanbevelingen. Hoe wordt in onze contreien omgegaan met de transitie naar duurzame energie? Guido-Henri De Couvreur houdt in het volgende artikel in deze Aarde-Werk-Brief een vurig pleidooi voor een intenser gebruik van hernieuwbare energiebronnen en dit op grond van financiële, maar ook en vooral ethische motieven.

Leen Verheyen recenseert vervolgens het boek Als burgemeesters zouden regeren. Haperende staten, opkomende steden van de politicoloog Benjamin Barber die, in plaats van afspraken tussen natiestaten en/of grotere entiteiten, meer heil verwacht van de synergie tussen steden, bijvoorbeeld op het vlak van klimaatafspraken. Allicht is de toekenning van grotere mogelijkheden voor het beleid aan een kleinere entiteit als en stad ook een eventuele springplank naar een participatieve basisdemocratie met directe deelname van de burgers aan de beleidsvorming.

Wat zijn we kwijtgeraakt in onze obsessie voor economische groei, welvaart en vermaak, in een wereld van alomtegenwoordig lawaai, van opdringerige reclamebeelden aanzettend tot consumeren en waarin de nog resterende eilandjes van de natuur vaak enkel nog een museale attractie vormen tijdens enkele uren vrije tijd? Stefaan Hublou nodigt ons in zijn bijdrage uit om vaker te verwijlen in het bos, een ideaal oord voor de herwinning van de innerlijke balans, voorwaarde voor intermenselijke vrede, en om het bewustzijn van verbondenheid met de meer-dan-menselijke wereld en de toegang tot het religieuze te cultiveren.

In een eerste deel van drie afleveringen belicht Stijn Bruers vervolgens hoe financiële steun aan instellingen actief op het terrein van gezinsplanning, voordelen vanuit verschillende ethische perspectieven kan genereren.

Wij sluiten deze uitgave af met Godenspel, een poëtische mijmering van Livienne Smet over minder fraaie aspecten van de menselijke aanwezigheid op deze planeet, maar met een hoopvolle wending naar een menszijn geïnspireerd door verbondenheid en liefde waaromtrent Christiane Singer zei: “L’Amour n’est pas un sentiment. C’est la substance même de la création”.

Wij wensen u veel leesgenoegen met deze nieuwe Aarde-Werk-Brief.

Namens de Redactie,

Paul Haerden

Hoofdredacteur

Januari 2015