KNIPOOG: U ZEGT of schrijft

KNIPOOG: U ZEGT of schrijft

Gewaagd?: ‘S (61) & T (64) WENSEN U FIJNE FEESTDAGEN’, vangt de mail van vrienden aan met wensen voor het jaar 2020* (*jawel, de mail een vol jaar bijgehouden) en opgevrolijkt met een romantisch plaatje. De mail werd verstuurd vanuit hun bedrijfsmailadres. Onder het idyllische tafereel staat volgende tekst in het Nederlands en het Engels (Engels niet afgedrukt):

‘De informatie verzonden via deze e-mail is enkel bestemd voor de geadresseerde.
Ieder gebruik van deze informatie door een ander persoon dan de geadresseerde is verboden.
Openbaarmaking, vermenigvuldiging, verspreiding en/of verstrekking van deze informatie aan derden is verboden.

S & T garandeert noch de juiste en volledige overbrenging van de verzonden e-mail, noch de tijdige ontvangst ervan.

Informatie en adviezen gegeven door S &T op basis van en/of via e-mail zijn meestal gebaseerd op beperkte informatie en zijn voor S & T pas bindend na uitvoerige bespreking met de klant en formele schriftelijke bevestiging.’

Verspreiding gewaagd?

Coronactua: In een driemaandelijks blad de actualiteit volgen, is uitgesloten. Tenzij?! Tenzij de actualiteit blijft duren. Zoals Co…

Bezoek: ‘We moeten ze opeten voor ze vervallen!’, verantwoordt G (62) zich als ze zonder aanleiding een doosje pralines op tafel zet dat ze achter de hand heeft voor onverwachte gasten. ‘We krijgen nu toch nog nauwelijks bezoek.’ C🙂rona!

Dweilen: ‘Het steekt zo nauw niet, er komt toch niemand. Stel stofzuigen en dweilen maar uit’, adviseert B (51) haar buurman. Cor🙂na!

Look at me: ‘Look à volonté. Op anderhalve meter heeft niemand er last van’, juicht look-lover T (40). Look is een plant uit de narcis(ten)familie, zoals Trump.

Gratuit: ‘Allemaal goed, die psychologen. Ik ga al eens naar de mis en als ik het moeilijk heb, praat ik daarna wat uitvoeriger met de pastoor. Dat kost bovendien niks’, lacht O (55) die ’t niet breed heeft en bij wie Cor🙂na schuurt.

(VRT: ‘Alleen hotels blijven open …’)
          Hij aan zij:
                    En als ik nu eens kom
                              nu het niet meer kan?
                                       Maak van je kamer
                                                 ‘n hotel voor één man

Overval?: H (66) loopt argeloos de winkel in. De klanten en de kassiersters wijken bang achteruit alsof hij de kassa dreigt te overvallen! Z’n frank valt. Geen mondmasker! Hij wijkt terug en zet buiten z’n masker op. Weer naar binnen. ‘Een kar!’ gilt de nauwelijks bekomen kassierster. Opnieuw buiten.

Defensie: voorrang aan vrede; 0800 …’ (op een gratis balpen)

Schatten: ‘Je weet nooit vooraf hoe vrienden reageren’, peinst S (41). ‘Van sommigen verwacht je dat ze hun voeten vegen aan corona, van anderen dat ze de regels nauwgezet naleven. Moeilijk in te schatten.’

        ‘Vrees niet
                     het oordeel van de allerhoogste
                                                        van Jahweh, God of Allah;

       Vrees
                   het oordeel van de allerlaagste
                                                      de diepste oceanen, de wereldzeeën’

Mietjes: ‘Bloemen!’ M (26) krijgt een attentie thuis besteld voor het overwerken tijdens de corona-epidemie. ‘Wat een idee voor een jongerenbeweging’, haalt ze uit. ‘Ik vroeg of ik hetzelfde cadeau kon krijgen als de mannen. Maar die kregen net zo goed een tuil bloemen! Mietjes.’

Scoren: ‘Ik moet uitkijken met m’n aansporingen bi j mannen, ’richt de onderzoekster zich stil tot M’s vrouw. M (92 – hardhorig) werkt mee aan een onderzoek voor 70+’ers over hun fysieke reacties op operaties. Daarvoor ondergaat M testjes. ‘Zitten, rechtstaan rond de kegel lopen, terugkeren en weer gaan zitten’, roept de jonge onderzoekster. ‘Drieëndertig seconden’, juicht ze nadien. ‘Oh, maar ik kan sneller’, beweert M en hij veert al recht. ‘Vijfentwintig seconden’, feliciteert ze hem omzichtiger. Zelfs mannen van 92 willen scoren.

End: ‘Ch (50-er) heeft tijd voor uw verhaal’,staat te lezen op het naambordje van de verpleegster in Gasthuisberg. ‘Er kwam geen end aan, he’, fluistert V (89) als Ch opgewekt verder gaat.

Kinderjaren: ‘Alcoholgel, dat is de geur die onze kinderen zullen onthouden uit hun kinderjaren’, weet L (39).

Kerst: Kant (296) schreef over de ungesellige Geselligkeit. Onze politici lamenteren al weken over kerst en familie- en oudejaarsfeesten die ze helaas moeten verbieden. Ze wekken de indruk dat iedereen daardoor een depressie nabij is. Hoeveel vrienden en familie heb ik zelf niet die opgelucht ademhalen? Vrouwen weten waarom. Zij zweten het uit aan het fornuis. Mannen prefereren de winterzon.

Ik ski even over een tekst van Jan (Sperna Weiland – 95) over Helmuth (Plessner – 128);
Geselligkeit: de mens is niet alleen op de wereld, hij is er samen met (de) anderen, hij is animale sociale, een sociaal levend dier. Geselligkeit is dus geen gezelligheid, het is zich bij elkaar aansluiten van de sociaal levende dieren, die mensen zijn, tot een samenleving; en in die samenleving kan het heel ‘ongezellig’ zijn. De mens is het dier dat nee kan zeggen en gewoonlijk zegt hij nee, ook tegen hen die in de van nature gegeven Geselligkeit zijn metgezellen zijn. Mensen worden, het volgt uit het feit dat zij on-natuur onder de in de natuur gelegen voorwaarden zijn, gedreven door hebzucht, eerzucht, heerszucht. Er zijn in de wereld van de dieren analogieën, ook die wereld is niet erg gezellig, maar de ongezelligheid heeft daar een maat en een grens: tot zover en niet verder. Mateloze ongezelligheid is er alleen in de wereld van mensen. Helmuth stelt dat de mens iedere grens overschrijdt als uitbuiter van de natuur en nog veel meer. ‘Hij moet’, zegt hij, ‘zich zijn maat zelf stellen en zich vastleggen aan de ketenen die hij zelf heeft gesmeed.’ Maar waarom zou hij dat doen in een ongezellige westerse democratie met de daarbij behorende markteconomie waarin iedereen naar boven wil, iedereen rijk wil worden? Er bestaan geschiktere samenlevingsvormen, weet Jan. Jammer genoeg vult hij – althans hier – niet in wat dat dan wel mag zijn. Net nu het gezellig wordt rond de verlichte kerstboom.

Meetellen: ‘We rijden langs daar, dan tellen ze ons’, wijst M (26) naar de fietsbrug waar een telkoord dwars over de weg ligt. Ze maakt al eens een ommetje in Leuven om fietsers te laten meetellen!

Te veel: ‘Daar zijn ze alleen nog maar bezig met pannenkoeken bakken’, geeft G (67) de hoop op dat “Bokrijk” belangstelling zou tonen voor de verzameling oude ambachtelijke handwerktuigen die hij wegschenkt.

Snood plan: ‘Autoloze zondagen oké, daar kijkt niemand nog van op. We zouden in Leuven eens een fietsloze maandag moeten organiseren. Dan zou je wat zien! Haast niemand zou z’n werk diezelfde dag nog bereiken’. S (41) bedenkt snode plannen.

Kleur: ’ ’t Is de moment om het te laten uitgroeien’, legt (50-er) G, met zuidelijk zwart haar, uit. ‘Ik heb al een grijze middenstreep. En m’n kapper blijft toch dicht!’. Corona vergemakkelijkt de beslissing om haar grijzend haar voortaan niet meer zwart te kleuren.

Black: April ‘20. Ze ontmoeten mekaar voor ’t eerst voor praktische afspraken. Ze draagt een zwart mondmasker dat spoort met haar donkere ogen en haar zwart spannend kleed. Haar eyeshadow trekt aandacht. Ze overleggen met een onbedoeld gedempte voix masquée op slechts vijf voet (= 30,5 cm) van mekaar.

Juli. In het dal tussen corona-piek 1 & 2, spreken ze weer af. Bij een kloof van vier voet, zónder muilkorf. ’t Is zonde zonder. Black-out.

H klapt zijn laptop toe … 2020 eindigt.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *